Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En huizen, vol van alle goeds, die gij niet gevuld hebt, en uitgehouwen bornputten, die gij niet uitgehouwen hebt, wijngaarden en olijfgaarden, die gij niet geplant hebt, en gij [6]gegeten hebt en verzadigd zijt; 6. Anders, dat gij dan zult eten en verzadigd worden, [maar], enz.